Acht gedichten. De Zondagsdrukkers, Amstelveen, 1983. Omvang 16 p. Oplage van 50 ex.
Martin
Bernard Frenkel werd geboren op 24 juni 1904 te Rotterdam als zoon
van Saul Frenkel (31.05.1872 te Rotterdam – 08.10.1942 te
Rotterdam) en Nietje Raske (06.08.1870
te Rotterdam – 30.07.1927 te Rotterdam. Zijn vader dreef een speelgoedwinkel aan de Rozenstraat te Rotterdam.
Er
is verder weinig bekend over Frenkel. Hij publiceerde gedichten in Forum en
Helikon & in 1934 verscheen er bij uitgeverij Boosten en Stols de bundel
Zeventien gedichten dat in oktober van dat jaar in Groot Nederland
door Jan Greshoff besproken werd : 'Wie werkelijk belangstelt in de
poëzie van heden zal M.B. Frenkel's ontwikkeling, nieuwsgierig en
welgezind, moeten volgen.'
Hij
was accountant van beroep en heeft naar verluidt een reis gemaakt
naar Egypte en één naar Rusland. Tot aan zijn dood woonde hij overigens bij
zijn vader.
Zijn
lichaam werd op 15 januari 1938 levenloos aangetroffen in de
vinkenveense plassen. Hij werd drieëndertig jaar oud.
KlaagliedDe woorden, die zij tot Hem richten
Zijn schaamteloos van zacht geweld,
De offers en de dure plichten
Worden bij guldens neergeteld.
De eeredienst, die zij verrichten
Is corpulent en welgesteld,
Zoo zij elkander niet betichten
Bestrijden zij elkaar met geld.
Maar luide wordt Zijn woord gesproken
En luide wordt het heil herdacht,
Dat Hij de menschheid heeft gebracht.
De kerken zijn reeds vroeg ontsloten;
Mephisto, een der allergrootsten,
Houdt in het voorportaal de wacht.
bronnen : dbnl / npe / acht gedichten & joods monument
Geen opmerkingen:
Een reactie posten