donderdag 31 juli 2014

een keuze uit de julinotities (2)

mijn schrijverschap - als daar al van gesproken kan worden - bestaat louter uit het noteren van flarden (brokstukken zo u wilt) die zich aan de chronische storing in mijn hoofd weten te ontworstelen

dat er zo nu & dan een fragment op papier komt dat aan poëzie doet denken is mooi meegenomen - maar dat het moet gebeuren - zoals de verwarming zo nu & dan ontlucht moet worden

**

er woonden slangen onder ons huis
of beter : waarin wij een kamer

betrokken / huurden / kraakte
de veranda maar zoals thuis

**

volgens de poëzie recensent
schrijven jonge dichteressen
over merels - over spreeuwen

maar niemand die zich afvraagt
of het leuk is

een vogeltje te zijn

**

toen het woord turk ook al niet meer mocht heb ik werkelijk overwogen rechts te stemmen - maar gelukkig duurde de bezoekjes aan moeder nooit langer dan een half uur - dat waaide op de pont vanzelf van je af - elk jaar weer

**

een hotelkamer binnenwandelen & omhoog kijken op zoek naar verwarmingsbuizen in de hoop dat het houdt - om vervolgens gerustgesteld op bed te gaan liggen - het zojuist aangeschafte bundeltje sergej jessenin : gedichte onder het kussen - in het duits klinkt het woord sowieso harder

**

overdenking bij het aanschouwen van een potje marmite

laat de liefde maar
aan buddingh

**

een postuum verhaal
voor dove kinderen

het klonk vannacht nog
vanaf de kerktoren

een vleermuis
in het eerste ochtendlicht

of dit gedicht
over god gaat

**

tijdens het schrijven
van een zelfmoordbriefje
je writersblock ontstijgen

**

het eerste meisje

aan wie ik ooit
mijn piemel liet zien

verhuisde niet veel later
naar een middelgrote stad

waar vanmorgen
meer regen viel

dan bij ons

**

het funeraire dagboek van vader

waarin met geen woord gesproken werd

over de cavia's de hamster de hond
die ooit met een verre neef

kende twintig woorden voor regen

voor de zachtheid van gras

**

voor sonja prins

er staan
drie bomen
in de tuin

& toch
wil ik
een boshut

**

kievitseieren dronk je met een rietje

donderdag 24 juli 2014

bij een foto van wang ningde


heb altijd een zwak gehad voor de zogeheten coming of age novels  & heb er in de jaren stapels van weggelezen - daarentegen nooit geweten dat het in één beeld te vangen zou zijn

dinsdag 15 juli 2014

met dank aan de kringloop - karen faryniak


vond enkele weken geleden the twenty third annual of american illustration in de plaatselijke kringloop - een kloek boek met in totaal 591 illustraties

één van de eerste werken waar mijn oog op viel was het bovenstaande schilderij van karen faryniak - het doet me aan mayakovsky denken - aan crowley

heb het wel even op de scanner moeten leggen - aangezien ik het op het net nergens tegenkwam - wat overigens ook geldt voor een uitgebreide biografie van de schilderes

dan maar genoegen nemen met enkele brokstukken

faryniak werd geboren te allentown



ze studeerde kunsten aan moore college (philadelphia) & syracuse university en keerde uitendelijk als professor terug te moore - cirkels - korte cirkels - kenmerkte het leven van faryniak die na de dood van haar moeder weer introk bij haar ouwe heer

naast het lesgeven in de kunsten was ze zelf ook werkzaam als illustratirice & schilderes

ze werd in januari 1988 dood gevonden op haar kamer van de psychiatrische afdeling van het ziekenhuis te allentown  - slechts veertig jaar oud - blaas je laatste gedachten maar in een plastic zak

maandag 14 juli 2014

bij een schilderij van christer karlstad



volgens de poëzie recensent
schrijven jonge dichteressen 
over merels – over spreeuwen

maar niemand die zich afvraagt
of het leuk is

een vogeltje te zijn


dinsdag 8 juli 2014

de kringloop, de bij & sylvia plath


Het eerste wat ik me afvroeg, bij het zien van Bee Wilson's boek De bij in de plaatselijke kringloop, was of er ook iets over Sylvia Plath in zou staan. Dat bleek inderdaad het geval, maar geen woord over haar vader Otto. Het volgende citaat, herbergt mogelijk de verklaring voor diens absentie :

"Toen dichteres Sylvia Plath voor het eerst op een bijeenkomst van dorpsimkers kwam, realiseerde ze zich niet dat ze beschermende kleding nodig had en droeg ze een zomerse mouwloze jurk, waarin ze zich naakt voelt als een kippenhalsje. De imkers waren daarentegen onder hun maskers en versleten hoeden onherkenbaar

wie is nu de dominee, de man in het zwart?
wie is de vroedvrouw, is dat haar blauwe jas?
ieder knikt met vierkante zwarte kop, ridders zijn het achter een vizier,
met een borstkuras van kaasdoek onder de oksels geknoopt."

fragment van The bee meeting uit: Ariel

Want je zou natuurlijk ook kunnen denken dat het gewoon een stukje poëzie betreft, waarin het werkelijkheidsgehalte met vraagtekens omgeven zou moeten zijn. Maar nee, we gaan er gewoon vanuit dat de dochter van een imker, van de auteur van Bumblebees and their ways(1934)van toeten nog blazen wist. Een beetje onderzoek had mogelijkerwijs toch echt geen kwaad gekund in deze.

Het zou verder overigens een heel goed boek kunnen zijn, maar ik had eigenlijk meteen gegeten en gedronken.

mijn schrijverschap

mijn schrijverschap – als daar al van gesproken kan worden – bestaat louter uit het noteren van de flarden (brokstukken zo u wilt) die zich aan de chronische storing in mijn hoofd weten te ontworstelen

dat er zo nu & dan een fragment op papier komt dat aan poëzie doet denken is mooi meegenomen – maar dat het sowieso moet gebeuren – zoals de verwarming zo nu & dan ontlucht moet worden

maandag 7 juli 2014

met dank aan de kringloop


Vond vandaag in de plaatselijke kringloop deze zwarte beertjes pocket uit 1969 & kon hem gewoon niet laten liggen. Zoals ik me in de afgelopen maanden ook al genoodzaakt voelde om fotoboeken met werk van Olie, Breitner, Zweers, Witsen, Eilers & enkele magnumfotografen mee naar huis te slepen.

Heb altijd al iets gehad met fotografie, maar aangezien ik in antiquariaten en de "gewone" boekhandel doorgaans voorrang diende te verlenen aan andere verzamelgebieden is het altijd een van de ondergeschoven kinderen gebleven in mijn boekenkamer. Nu ik me voornamelijk laat voeden door wat de kringloopwinkel mij voorschotelt, beginnen de verhoudingen langzaam maar zeker te veranderen & da's mooi.

Bij het doorbladeren van het boekje, vroeg ik me al snel af wat eigenlijk de oudste foto in mijn familiearchiefje was & kwam na enig graven tot de conclusie dat het mogelijk het portretje van mijn oudmoeder Johanna Elisabeth van Appeldoorn (1827-1867) moest zijn, naar alle waarschijnlijkheid genomen rond haar huwelijk in 1852.

Maar al zou het tien / vijftien jaar later zijn. 162 of 147 jaar oud, ik zal er geen nacht minder om slapen. Het blijft immers geweldig dat je een zo ver verleden even in de hand kan houden, dat ze ergens gewoon nog bestaat.

Jisp in de mist

Elke keer wanneer ik vanuit Purmerend over de dijk naar het dorp van mijn jeugd fiets moet ik weer aan het verhaal denken dat mijn grootvader ooit vertelde.

Het speelde zich af op een mistige ochtend tijdens de tachtig jarige oorlog, toen een groepje Spaanse soldaten het plan had opgevat om in alle vroegte het kleine doch strategisch gelegen gehucht Jisp binnen te vallen. Toen ze dichterbij kwamen, zagen ze echter tot hun grote schrik een eenheid aan soldaten opdoemen, waarop ze na kort overleg maar besloten weer terug te keren richting de Purmer.

De overmacht aan soldaten bleek achteraf uit de drogende fuiken van een visserman te bestaan, maar behoefte om dit verhaal te verifiëren heb ik nooit gehad.

zondag 6 juli 2014

een keuze uit de julinotities (1)

we hadden de dagen
opgedeeld in visioenen

het landschap
in voor & na

rituelen
in een verkavelde ochtend

een gezonken praam


**

het lichaam dat we moeder noemde
is stoel geworden

de brandgaten in het gordijn
zaten er al - je vertekend

een leven alsof het niets is
er geen banden geplakt

je eeuwig blijft lopen


**

aangekomen op het dek
bleken we in een fles te zitten

te weinig jenever om vooruit te komen
of zelfs de illusie

& nergens een bel


**

poëtica

ontvelde vingers
rond een lege pen


**

tatoeëer
de kwartaalcijfers
maar op mijn longen

vouw een mondkapje
van doorzichtig cellofaan

dat het kraakt
is ook een vorm van praten


**

een gedicht

beginnen
met bos

hoor
de motorzaag

hoor
mijn longen


**

wandelend door bos

vergeet ik voor even
hoe jouw handen stonden

de schors die loslaat
de wereld eronder

het werk van florian nicolle





zaterdag 5 juli 2014

bij een foto van lewis h hine


kinderen in een zwakzinnigeninrichting te new jersey 1924

of

de bepleisterde vinger en een veels te brede kraag - het zit hem allemaal in de observatie - zoals roland barthes deze reeds beschreef in zijn camera lucida