zondag 11 augustus 2013

Kibbutznotities (5)



In de periode tussen werk en avondmaal , was er niets zo rustgevend dan je even terug te trekken op de schuilkelder schuin tegenover ons barak. Met wat schrijfgerei, een boek en een glas Wodka.

Met als voornaamste doel het ordenen van de bovenkamer. Wat overigens doorgaans gebeurde door middel van het neerkalken van de meest oubollige stereotypen & clichés, maar dat je het kwijt was.

En voor dat je het door had, zat je weer met grootmoeder in de bijkeuken aardappels te jassen – altijd van je afsnijden jongen, of wandelde je door het veld op zoek naar kievitseieren. Ik had hier op één of andere manier overigens weinig oog voor vogels, of in mijn hoofd een hele vlucht.

**

Ik zal daar overigens ook vele aerogrammen volgekalkt hebben. Een merkwaardige combinatie tussen brief en envelop, waar het nodige gevouw en gelik aan te pas kwam – maar dat het gratis was.
 
Afstand en nabijheid waren sowieso sleutelwoorden in die dagen, en dagelijks bezocht je dan ook trouw de postvakjes, die zich in hetzelfde gebouw als de eetzaal bevonden, om te zien of er weer iets voor je binnen was gekomen. Wat door middel van een ijverige achterban toch geregeld het geval was. Om vervolgens ergens op een zonovergoten plekje, op je gemak & in korte broek gehuld, de berichten van het thuisfront &  eventueel meegezonden krantenverslagen over het EK allround of de Omloop het Volk door te lezen.

**

Aangezien de postbezorging richting Nederland een stuk sneller ging dan andersom, moest je soms even wachten op de actualiteit, maar dat gevoel was herkenbaar, al druppelde het “Israëlische” nieuws wel iets sneller binnen, doordat we 's avonds in de moldairn toegang hadden tot een televisie & The Jerusalem Post. Eenzijdige berichtgevingen die de volgende dag door de op de kibbutz werkzame Palestijnen en Arabieren weer van enige nuancering voorzien werden. En zo komen wereldbeelden tot stand.

Het was een periode waarin sowieso veel gebeurde, zoals bomaanslagen te Jeruzalem, Netanya, Ramat Gan of Haifa – represailles in de Gazastrook en op de Westbank & de reacties die daar dan weer op volgde – de vredesonderhandelingen – de moord op Rabin etc , etc.
 
Gebeurtenissen waar ik overigens weinig over sprak met het thuisfront. Afgezien van de opmerking dat je daar op de kibbutz allemaal niet zo veel van merkte en dat je bepaalde plekken in Israël gewoon links liet liggen. Dat je daar later bij thuiskomst aan de hand van fotomateriaal mogelijk op terug moest komen, ach, dat heette van later zorg te zijn.

Je kende de plaatsen, je kende de bussen, zoals nummer 18 te Jeruzalem waarmee je meerdere malen tussen de oude stad & het nieuwe centrum had gereisd. Het was allemaal een kwestie van op het juiste moment de verkeerde plaatsen bezoeken. Noem het Israëlisch roulette.

Langs de grote kruispunten van het Israelische wegennet barstte het vaak van de soldaten, op zoek naar een lift, die altijd aangeboden werd. Onderweg leerde ik dan ook al snel een gesprekje met soldaten aan te knopen die dezelfde kant op moesten. Want hoe je het ook wendde of keerde, personenwagens waren veiliger dan bussen en passanten met kwaad in de zin bedachten zich doorgaans wel bij het zien van een soldaat die nooit ergens naartoe ging zonder zijn vuurwapen.

Een combinatie van dreiging en veiligheid in één plaatje & het altijd weer heilige midden. Op de vraag waar ik stond in het Israelisch-Palestijnse conflict was dat ook  steevast mijn antwoord. In het midden, met benen als die van Zatopek.

Geen opmerkingen: